Een tot de Polygonaceae behorend geslacht, voornamelijk afkomstig uit het zuiden van het zuidelijk halfrond. Sommige soorten worden als kamerplant aangeboden en in een pot, waar de twijgen naar beneden kunnen hangen zien ze er leuk uit. Er is echter maar één winterhard soort waarvan de algemene beschrijving niet bijster spectaculair klinkt. Zeker als we de tot 5 mm grote groenwitte bloemetjes noemen. Het zijn meest kruipende planten met fijne, donkergroene blaadjes, die op den duur een vaste mat vormen. Toch kunnen ze hun bekoring hebben, want op een niet te droog postzegelplekje in de halfschaduw, misschien naast een paar traptreden of bij een vijverrand zien ze er het hele jaar (ze zijn wintergroen) aantrekkelijk uit.