Pennisetum thunbergii 'Red Buttons' - Lampepoetsersgras Poaceae |
Standplaats: zon Kleur: lichtbruin Bloeitijd: mei - aug. Hoogte: 80 cm Planten per m²: 5 |
De plant waarvan de naam is veranderd van P. massaicum naar P. thunbergii groeit van Jemen tot in Zuid-Afrika, vooral op vochtige graslanden. Zo'n herkomst doet je van je stoel vallen in de wetenschap dat dit gras al vanaf 2006 hier buiten op de moederbedden staat. Het is nog nooit bevroren! En dan is het toch wel een prachtige toevoeging aan het sortiment. De roodbruine warm gekleurde staartjes wuiven vrolijk boven de sierlijk overhangende toeven van bruingroen loof. Later kleuren ze naar een fraaie zilverachtige beige tint. Zorg voor een zonnige, goed gedraineerde plaats. |
PENNISETUM algemeen Het Lampepoetsersgras is met zijn borstelachtige aren het bekendste siergras. Maar dat was niet altijd zo. In het oude boek van J. Bergmans van 1939 wordt Pennisetum overgeslagen en Miscanthus en Panicum wel genoemd. De eerste soort die in cultuur genomen werd was de meest winterharde, P. orientale, toen nog P. triflorum geheten. Het stokje is nu vrijwel geheel overgenomen door de uit China en Japan afkomstige P. alopecuroides, waarvan talloze variëteiten bestaan. Uit Zuid-Afrika komt de effectvolle P. macrourum die de laatste jaren zeer geliefd geworden is. Alle Pennisetums houden zonder uitzondering van een warme plek. Daar zullen de bloeihalmen zich het mooist ontwikkelen. Bovendien willen ze een goed gedraineerde grond. In heel strenge winters kunnen ze wel eens wat uitvriezen, waarbij bepaalde delen van de plant niet meer ontspruiten in het voorjaar. Wacht dan totdat je toch wat groene sprieten ziet, en plant deze stukken weer uit. |